Victor Meusy (1856–1922)
Chansonnier van Montmartre – scherpzinnig, spits en vol Parijse flair
Geboren als Louis Eugène Meusy in Parijs in 1856, begon Victor zijn loopbaan niet op de bühne, maar in de confectie-industrie van Le Sentier, waar hij meer aandacht had voor het bespotten van zijn collega’s dan voor stoffen en knopen. Zijn vrienden stuurden hem naar de Hydropathes, het literaire collectief dat later zou uitwaaieren naar het legendarische cabaret Le Chat Noir.
Vanaf dat moment vond Meusy zijn ware roeping. Hij begon liederen te schrijven die zich nestelden in de harten van het volk — spotlustig, joviaal, maar nooit grof. Zijn stijl is die van Désaugiers, vermengd met een tikkeltje anarchistische flair uit Les Halles en een flinke dosis Parijse humor.
Hij noemde zelf zijn bekendste lied “de God Save the Queen van de gevestigde orde”.
Victor Meusy was een graag geziene artiest in de Parijse cabarets, waaronder het beruchte Cabaret des Assassins (later Le Lapin à Gill). Hij stond op de planken van alle grote podia en verzorgde teksten voor talloze revues – naar schatting zo’n 40 stuks.
Zijn poging om in 1897 het eigen cabaret Trianon op te richten eindigde al na enkele maanden, ondanks een indrukwekkend programma. Toch bleef zijn invloed groeien. Hij schreef liedjes als:
Au Moulin Rouge
Ce qu’on mange à Paris
Le Vieux Prunier
Les Halles
Le Fromage
Deux heures du matin
Om in zijn levensonderhoud te voorzien werkte hij ook bij de spoorwegen — een praktisch evenwicht tussen het podium en de plicht. In 1912–1913 werd hij benoemd tot voorzitter van SACEM, het Franse auteursrechtencollectief.
Victor Meusy overleed in 1922 in zijn geliefde Parijs, maar zijn geest leeft voort in elke joviale noot, elke chanson die zijn volk leerde lachen en relativeren.
“Een dichter in de marge, een spotter met stijl – Meusy fluisterde Parijs in coupletten.”