Vincenzo Bellini (1801-1835)
Vincenzo Salvatore Carmelo Francesco Bellini werd geboren op 3 november 1801 in Catania, Sicilië, en overleed op 23 september 1835 in Puteaux, nabij Parijs, op de jonge leeftijd van 34 jaar. Ondanks zijn korte leven, wordt Bellini beschouwd als een van de grootste componisten van de Italiaanse opera en een van de belangrijkste vertegenwoordigers van de zogenaamde "belcanto"-traditie.
Vroeg Begin:
Het verhaal gaat dat Bellini al op 18 maanden leeftijd een aria zong van de componist Valentino Fioravanti, waarmee hij zijn omgeving al op jonge leeftijd ontroerde met zijn zangtalent. Terwijl andere kinderen van die leeftijd nog niet in staat waren om te praten, blonk Bellini al uit in muziek. Zijn muzikale ontwikkeling was uitzonderlijk snel: hij leerde muziektheorie op tweejarige leeftijd, speelde piano op driejarige leeftijd en begon op zesjarige leeftijd met componeren.
Bellini studeerde aan het Conservatorium van Napels, waar hij onderricht kreeg van de meesters van de Napolitaanse school. Hij leerde veel van de werken van Mozart en Haydn, wat hem hielp om zijn muzikale gereedschap te perfectioneren.
Belangrijkste Werken:
Bellini's bekendste werken zijn opera's, waarvan de meeste nog steeds regelmatig op het operarepertoire staan:
Norma (1831): Zijn meest beroemde opera, met het iconische aria Casta Diva. Het libretto van Norma is gebaseerd op de gelijknamige tragedie van L.A. Soumet.
La sonnambula (1831): Deze opera, ook bekend als De Slaapwandelaar, is een van Bellini's klassieke werken in de belcanto-traditie.
I Puritani (1835): De laatste opera van Bellini, die kort voor zijn dood werd voltooid. Het werk is bekend om zijn technische eisen voor de zang en de briljante muziek.
Overlijden en Erfenis:
Bellini stierf op 23 september 1835, slechts 34 jaar oud, vermoedelijk door de gevolgen van een ernstige ziekte. Zijn vroegtijdige dood wordt vaak beschouwd als een verlies voor de operawereld, aangezien hij nog veel meer muziek had kunnen creëren. Zijn sterfbed werd omringd door eerbetonen van zijn tijdgenoten, die zijn talent en invloed op de opera bewonderden.
In 1876 werd zijn lichaam (of as) overgebracht naar zijn geboortedorp Catania, Sicilië, waar het nu rust. Zijn graf bevindt zich op de beroemde begraafplaats Père Lachaise in Parijs, waar Bellini ondanks zijn betekenisvolle muzikale erfenis iets minder aandacht kreeg dan sommige andere beroemde componisten zoals Chopin. Toch wordt zijn graf bezocht door operaliefhebbers die zijn werk blijven waarderen.
Norma en het Legaat:
De opera Norma, gecreëerd in 1831, blijft een van Bellini's meest gespeelde en gewaardeerde werken. De beroemde aria Casta Diva wordt vaak uitgevoerd als een van de meest iconische momenten in de opera- en zanggeschiedenis. Bellini's werk heeft een enorme invloed gehad op zowel de opera van de 19e eeuw als op latere componisten.
Zijn werk is een essentieel onderdeel van de operatraditie, en zijn invloed is zichtbaar in de werken van latere componisten zoals Verdi en Puccini.
Graf en Erkenning:
De gegoten engel die zich ooit op zijn graf bevond, is helaas verdwenen, maar Bellini wordt nog steeds geëerd als een van de grootste componisten van de opera. Zijn graf wordt af en toe bezocht door operafans, hoewel het niet zo vaak bedekt wordt met bloemen en herdenkingen als dat van andere beroemde componisten.